Alle vervoegingen van het werkwoord rijden

infinitivus - infinitief infinitive
rijden
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • rij
  • rijd
 
  • rij jij/je?
  • rijd jij/je?
jij, je
  • rijdt
u
  • rijdt
hij
zij, ze
het
men
  • rijdt
zij, ze
wij, we
jullie
  • rijden
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • reed
zij, ze
wij, we
jullie
  • reden
participium - voltooid deelwoord past participle
  • gereden
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • rijdend
vertaling english translation
  • to drive
infinitivus infinitief
infinitive
presens tegenwoordige tijd
present tense
imperfectum verleden tijd
past tense
participium voltooid deelwoord
past participle
vertaling engelse vertaling
english translation
overrijden
  • rij over
  • rijd over
  • rijdt over
  • reed over
  • reden over
overgereden
grijsrijden
  • rij grijs
  • rijd grijs
  • rijdt grijs
  • reed grijs
  • reden grijs
grijsgereden
hardrijden
  • rij hard
  • rijd hard
  • rijdt hard
  • reed hard
  • reden hard
hardgereden
  • to drive fast
aanrijden
  • rij aan
  • rijd aan
  • rijdt aan
  • reed aan
  • reden aan
aangereden
achternarijden
  • rij achterna
  • rijd achterna
  • rijdt achterna
  • reed achterna
  • reden achterna
achternagereden
achteruitrijden
  • rij achteruit
  • rijd achteruit
  • rijdt achteruit
  • reed achteruit
  • reden achteruit
achteruitgereden
  • to drive in reverse
  • to drive backwards
afrijden
  • rij af
  • rijd af
  • rijdt af
  • reed af
  • reden af
afgereden
autorijden
  • rij auto
  • rijd auto
  • rijdt auto
  • reed auto
  • reden auto
autogereden
  • to drive a car
binnenrijden
  • rij binnen
  • rijd binnen
  • rijdt binnen
  • reed binnen
  • reden binnen
binnengereden
dichtrijden
  • rij dicht
  • rijd dicht
  • rijdt dicht
  • reed dicht
  • reden dicht
dichtgereden
doodrijden
  • rij dood
  • rijd dood
  • rijdt dood
  • reed dood
  • reden dood
doodgereden
doorrijden
  • rij door
  • rijd door
  • rijdt door
  • reed door
  • reden door
doorgereden
inrijden
  • rij in
  • rijd in
  • rijdt in
  • reed in
  • reden in
ingereden
klemrijden
  • rij klem
  • rijd klem
  • rijdt klem
  • reed klem
  • reden klem
klemgereden
langsrijden
  • rij langs
  • rijd langs
  • rijdt langs
  • reed langs
  • reden langs
langsgereden
meerijden
  • rij mee
  • rijd mee
  • rijdt mee
  • reed mee
  • reden mee
meegereden
narijden
  • rij na
  • rijd na
  • rijdt na
  • reed na
  • reden na
nagereden
omrijden
  • rij om
  • rijd om
  • rijdt om
  • reed om
  • reden om
omgereden
  • to make a detour
omverrijden
  • rij omver
  • rijd omver
  • rijdt omver
  • reed omver
  • reden omver
omvergereden
oprijden
  • rij op
  • rijd op
  • rijdt op
  • reed op
  • reden op
opgereden
paardjerijden
  • rij paardje
  • rijd paardje
  • rijdt paardje
  • reed paardje
  • reden paardje
paardjegereden
  • to ride a small horse
paardrijden
  • rij paard
  • rijd paard
  • rijdt paard
  • reed paard
  • reden paard
paardgereden
  • to ride a horse
platrijden
  • rij plat
  • rijd plat
  • rijdt plat
  • reed plat
  • reden plat
platgereden
proefrijden
  • rij proef
  • rijd proef
  • rijdt proef
  • reed proef
  • reden proef
proefgereden
  • to test drive
rondrijden
  • rij rond
  • rijd rond
  • rijdt rond
  • reed rond
  • reden rond
rondgereden
terugrijden
  • rij terug
  • rijd terug
  • rijdt terug
  • reed terug
  • reden terug
teruggereden
uitrijden
  • rij uit
  • rijd uit
  • rijdt uit
  • reed uit
  • reden uit
uitgereden
voorbijrijden
  • rij voorbij
  • rijd voorbij
  • rijdt voorbij
  • reed voorbij
  • reden voorbij
voorbijgereden
voorrijden
  • rij voor
  • rijd voor
  • rijdt voor
  • reed voor
  • reden voor
voorgereden
voortrijden
  • rij voort
  • rijd voort
  • rijdt voort
  • reed voort
  • reden voort
voortgereden
vooruitrijden
  • rij vooruit
  • rijd vooruit
  • rijdt vooruit
  • reed vooruit
  • reden vooruit
vooruitgereden
wegrijden
  • rij weg
  • rijd weg
  • rijdt weg
  • reed weg
  • reden weg
weggereden
zwartrijden
  • rij zwart
  • rijd zwart
  • rijdt zwart
  • reed zwart
  • reden zwart
zwartgereden
  • to dodge fare
lekrijden
  • rij lek
  • rijd lek
  • rijdt lek
  • reed lek
  • reden lek
lekgereden
losrijden
  • rij los
  • rijd los
  • rijdt los
  • reed los
  • reden los
losgereden
leegrijden
  • rij leeg
  • rijd leeg
  • rijdt leeg
  • reed leeg
  • reden leeg
leeggereden
tegemoetrijden
  • rij tegemoet
  • rijd tegemoet
  • rijdt tegemoet
  • reed tegemoet
  • reden tegemoet
tegemoetgereden
vastrijden
  • rij vast
  • rijd vast
  • rijdt vast
  • reed vast
  • reden vast
vastgereden
kapotrijden
  • rij kapot
  • rijd kapot
  • rijdt kapot
  • reed kapot
  • reden kapot
kapotgereden
ponyrijden
  • rij pony
  • rijd pony
  • rijdt pony
  • reed pony
  • reden pony
ponygereden
  • to ride a pony
omhoogrijden
  • rij omhoog
  • rijd omhoog
  • rijdt omhoog
  • reed omhoog
  • reden omhoog
omhooggereden
rallyrijden
  • rij rally
  • rijd rally
  • rijdt rally
  • reed rally
  • reden rally
rallygereden