Alle vervoegingen van het werkwoord inspinnen

infinitivus - infinitief infinitive
inspinnen

Bol.com Outlet

Bol.com Algemeen

presens - tegenwoordige tijd present tense
ik	spin in
	spin in jij/je?
jij, je	spint in
u	spint in
hij zij, ze het men	spint in
zij, ze wij, we jullie	spinnen in

presens - tegenwoordige tijd - bijzinvolgorde present tense
dat ik	inspin
dat jij, je	inspint
dat u	inspint
dat hij dat zij, ze dat het dat men	inspint
dat zij, ze dat wij, we dat jullie	inspinnen

imperfectum - verleden tijd past tense
ik jij, je u hij zij, ze het men	spon in
zij, ze wij, we jullie	sponnen in

imperfectum - verleden tijd - bijzinvolgorde past tense
dat ik dat jij, je dat u dat hij dat zij, ze dat het dat men	inspon
dat zij, ze dat wij, we dat jullie	insponnen

participium - voltooid deelwoord past participle
ingesponnen

participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
inspinnend