onregelmatige
werkwoorden
.nl
Tegenwoordige tijd van het werkwoord verkopen
infinitivus
- infinitief
infinitive
verkopen
presens
- tegenwoordige tijd
present tense
ik
verkoop
verkoop jij/je?
jij, je
verkoopt
u
verkoopt
hij
zij, ze
het
men
verkoopt
zij, ze
wij, we
jullie
verkopen