Alle vervoegingen van het werkwoord toesnijden

infinitivus - infinitief infinitive
toesnijden

Bol.com Outlet

Bol.com Algemeen

presens - tegenwoordige tijd present tense
ik	snij toe snijd toe
	snij toe jij/je? snijd toe jij/je?
jij, je	snijdt toe
u	snijdt toe
hij zij, ze het men	snijdt toe
zij, ze wij, we jullie	snijden toe

presens - tegenwoordige tijd - bijzinvolgorde present tense
dat ik	toesnij toesnijd
dat jij, je	toesnijdt
dat u	toesnijdt
dat hij dat zij, ze dat het dat men	toesnijdt
dat zij, ze dat wij, we dat jullie	toesnijden

imperfectum - verleden tijd past tense
ik jij, je u hij zij, ze het men	sneed toe
zij, ze wij, we jullie	sneden toe

imperfectum - verleden tijd - bijzinvolgorde past tense
dat ik dat jij, je dat u dat hij dat zij, ze dat het dat men	toesneed
dat zij, ze dat wij, we dat jullie	toesneden

participium - voltooid deelwoord past participle
toegesneden

participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
toesnijdend