Alle vervoegingen van het werkwoord terechtwijzen

infinitivus - infinitief infinitive
terechtwijzen
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • wijs terecht
 
  • wijs terecht jij/je?
jij, je
  • wijst terecht
u
  • wijst terecht
hij
zij, ze
het
men
  • wijst terecht
zij, ze
wij, we
jullie
  • wijzen terecht
presens - tegenwoordige tijd - bijzinvolgorde present tense
dat ik
  • terechtwijs
dat jij, je
  • terechtwijst
dat u
  • terechtwijst
dat hij
dat zij, ze
dat het
dat men
  • terechtwijst
dat zij, ze
dat wij, we
dat jullie
  • terechtwijzen
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • wees terecht
zij, ze
wij, we
jullie
  • wezen terecht
imperfectum - verleden tijd - bijzinvolgorde past tense
dat ik
dat jij, je
dat u
dat hij
dat zij, ze
dat het
dat men
  • terechtwees
dat zij, ze
dat wij, we
dat jullie
  • terechtwezen
participium - voltooid deelwoord past participle
  • terechtgewezen
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • terechtwijzend