Alle vervoegingen van het werkwoord omkopen

infinitivus - infinitief infinitive
omkopen
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • koop om
 
  • koop om jij/je?
jij, je
  • koopt om
u
  • koopt om
hij
zij, ze
het
men
  • koopt om
zij, ze
wij, we
jullie
  • kopen om
presens - tegenwoordige tijd - bijzinvolgorde present tense
dat ik
  • omkoop
dat jij, je
  • omkoopt
dat u
  • omkoopt
dat hij
dat zij, ze
dat het
dat men
  • omkoopt
dat zij, ze
dat wij, we
dat jullie
  • omkopen
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • kocht om
zij, ze
wij, we
jullie
  • kochten om
imperfectum - verleden tijd - bijzinvolgorde past tense
dat ik
dat jij, je
dat u
dat hij
dat zij, ze
dat het
dat men
  • omkocht
dat zij, ze
dat wij, we
dat jullie
  • omkochten
participium - voltooid deelwoord past participle
  • omgekocht
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • omkopend
vertaling english translation
  • to bribe