Alle vervoegingen van het werkwoord krimpen

infinitivus - infinitief infinitive
krimpen
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • krimp
 
  • krimp jij/je?
jij, je
  • krimpt
u
  • krimpt
hij
zij, ze
het
men
  • krimpt
zij, ze
wij, we
jullie
  • krimpen
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • kromp
zij, ze
wij, we
jullie
  • krompen
participium - voltooid deelwoord past participle
  • gekrompen
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • krimpend
vertaling english translation
  • to shrink
infinitivus infinitief
infinitive
presens tegenwoordige tijd
present tense
imperfectum verleden tijd
past tense
participium voltooid deelwoord
past participle
vertaling engelse vertaling
english translation
ineenkrimpen
  • krimp ineen
  • krimpt ineen
  • kromp ineen
  • krompen ineen
ineengekrompen
inkrimpen
  • krimp in
  • krimpt in
  • kromp in
  • krompen in
ingekrompen
samenkrimpen
  • krimp samen
  • krimpt samen
  • kromp samen
  • krompen samen
samengekrompen