Verleden tijd van het werkwoord inkerven

infinitivus - infinitief infinitive
inkerven
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • korf in
  • kerfde in
zij, ze
wij, we
jullie
  • korven in
  • kerfden in
imperfectum - verleden tijd - bijzinvolgorde past tense
dat ik
dat jij, je
dat u
dat hij
dat zij, ze
dat het
dat men
  • inkorf
  • inkerfde
dat zij, ze
dat wij, we
dat jullie
  • inkorven
  • inkerfden