Alle vervoegingen van het werkwoord dichtschuiven

infinitivus - infinitief infinitive
dichtschuiven

Bol.com Outlet

Bol.com Algemeen

presens - tegenwoordige tijd present tense
ik	schuif dicht
	schuif dicht jij/je?
jij, je	schuift dicht
u	schuift dicht
hij zij, ze het men	schuift dicht
zij, ze wij, we jullie	schuiven dicht

presens - tegenwoordige tijd - bijzinvolgorde present tense
dat ik	dichtschuif
dat jij, je	dichtschuift
dat u	dichtschuift
dat hij dat zij, ze dat het dat men	dichtschuift
dat zij, ze dat wij, we dat jullie	dichtschuiven

imperfectum - verleden tijd past tense
ik jij, je u hij zij, ze het men	schoof dicht
zij, ze wij, we jullie	schoven dicht

imperfectum - verleden tijd - bijzinvolgorde past tense
dat ik dat jij, je dat u dat hij dat zij, ze dat het dat men	dichtschoof
dat zij, ze dat wij, we dat jullie	dichtschoven

participium - voltooid deelwoord past participle
dichtgeschoven

participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
dichtschuivend