onregelmatige
werkwoorden
.nl
Tegenwoordige tijd van het werkwoord bestrijden
infinitivus
- infinitief
infinitive
bestrijden
presens
- tegenwoordige tijd
present tense
ik
bestrijd
bestrijd jij/je?
jij, je
bestrijdt
u
bestrijdt
hij
zij, ze
het
men
bestrijdt
zij, ze
wij, we
jullie
bestrijden