onregelmatige
werkwoorden
.nl
Tegenwoordige tijd van het werkwoord beschrijven
infinitivus
- infinitief
infinitive
beschrijven
presens
- tegenwoordige tijd
present tense
ik
beschrijf
beschrijf jij/je?
jij, je
beschrijft
u
beschrijft
hij
zij, ze
het
men
beschrijft
zij, ze
wij, we
jullie
beschrijven